Op woensdagavond 15 mei hadden we gevangenisaalmoezeniers Mark Van Beeumen en Marianne Van Geert te gast in het knappe Crowne Plaza hotel in Antwerpen. Zij namen ons mee achter de schermen van hun bijzonder beroep. Ze spraken met hart en ziel over hun rol en we hingen aan hun lippen. Na een korte intro over hun carrièreparcours tot hiertoe en de definitie van één van de doelen van de gevangenis, namelijk ‘de maatschappij beschermen’ want ‘die maatschappij vraagt vergelding voor het kwaad dat is gebeurd’, vertelden ze honderduit over het aalmoezenier-zijn in ‘de Begijnenstraat’.
Een gevangenis heeft een bepaalde geur. Het is heel confronterend als je binnenkomt: je moet alles uitdoen en afgeven. Je geeft letterlijk je identiteit af. Wachten is hét werkwoord dat er heel vaak van toepassing is. Het ‘uniform’ bij de mannen is beige of grijs. Geïnterneerden dragen meestal bordeaux. Eén van de anekdotes die Mark ons meegaf, was het verhaal van hun derde collega-aalmoezenier: hij droeg op een dag een beige broek en een bordeaux pull en de gevangenismedewerkers spraken hem meteen aan, ze dachten immers dat hij een gevangene was…
Er zijn een heleboel regels waar je je aan moet houden als gevangene. Je krijgt een basispakket waarin onder andere tandpasta en een tandenborstel zitten. Er zijn heel veel rokers onder de bewoners. Je moet voor alles betalen, zoals tv: buiten de VRT en het ‘Bakkanaal’ zijn er geen andere zenders. De dag begint altijd heel vroeg: om 6 u. In de voormiddag wordt er koffie, water en soep gebracht. ‘De Begijnenstraat’ in Antwerpen is een arresthuis. Hier verblijven mensen voorlopig, al wordt die ‘voorlopig’, die ‘in afwachting van’, heel vaak heel lang verlengd. En wat met mensen met een enkelband? ‘De buitenwereld’ denkt dat zo’n band heel veel vrijheid geeft en ‘relax’ is maar het is echt een afbakening van je huis: je mag niet op je terras of tuin. Dus daar is absoluut ook geen vrijheid in.
Aalmoezeniers zijn de enigen die op cel mogen, bezoeken mogen afleggen. Ze weten niet wat de personen hebben gedaan. Het is geen vereiste dat de gevangene dit vertelt. Mark, Marianne en hun collega moeten geen verslag schrijven. Ze hebben geen meldplicht maar meldrecht. Ze zijn katholieke aalmoezeniers. Sommige gevangenen willen hun hart luchten omdat ze weten dat het vertrouwelijk is. Er zijn verhalen die echt onder het vel van de aalmoezeniers kruipen. Dit werk kan je pas doen als je goede collega’s hebt: Mark, Marianne en hun derde collega zijn een hechte clan. De aalmoezeniers mogen ‘in het diepst van de wanhoop van de gevangenen’ bij hen zijn. In de Begijnenstraat verblijven er mensen van 30 à 40 landen. Leve Google Translate…
De onwetendheid is het ergste. In plaats van dat je zou weten of het drie of acht maanden zijn, weet je niets. De job van de aalmoezeniers is de moed er te laten inhouden door en voor de gevangenen. Er zijn tussen de 45 à 55 vrouwelijke gedetineerden maar er zijn ook tijden geweest waar er 73 waren terwijl er maar plaats is voor 48 vrouwen. Als mensen buitenkomen, hebben ze geen sociaal netwerk meer en dat is net het probleem. Sommigen komen tien tot 12 keer terug (!) Vooral personen met drugsfeiten. Wanneer de voorwaarden verbroken worden. Je geraakt heel veel kwijt als je binnenkomt: je werk, soms je kinderen, soms je partner. Invaliditeit, ziekenkas, werkloosheidsuitkering,..: dat stopt allemaal als je binnenkomt. Binnen de gevangenis zijn er jobs, maar heel weinig. Zo is er een strijkdienst: per 20 broeken strijken, krijg je € 1 (!) Er zijn eveneens de zogenaamde ‘fatiken’: zij brengen eten rond en poetsen de gangen. Er is ook een wasserij, bibliotheek en regie. Veel bewoners tekenen en kleuren om de tijd te doden. En dragen een paternoster: als geluksbrenger. Op zondag is er een gebedsviering.
Terechtkomen in de gevangenis, het kan echt iedereen overkomen: iedereen is een potentiële dader. Je moet al in het goede wiegje geboren worden… Er zijn zoveel mensen met een verschrikkelijke jeugd. De wens van deze gevangenisaalmoezeniers? Dat het menselijker wordt. En dat cipiers meer maatschappelijk assistent zijn in plaats van pure ‘bewakers’.
Het is beklijvend maar geeft ook veel voldoening, hun bijzondere aalmoezenier-rol.
En gelukkig wordt er ook al wel eens gelachen, dat hebben de gevangenisaalmoezeniers echt nodig, om even te kunnen relativeren. Humor is belangrijk! Ook – en misschien wel vooral – in die job.
In de gevangenis worden al je verantwoordelijkheden afgenomen, je hebt ook geen privacy meer. Er wordt niet opbouwend gewerkt. De toekomst? Dat zijn gevangenisdorpen. Er moet echt meer begeleiding komen, er zitten heel veel mensen met trauma’s. “Wij zijn daar niet om te oordelen over mensen”, vatten Mark en Marianne hun job mooi samen. Mark rondde hun uiteenzetting af in één veelzeggende zin: “Het is een wereld apart: ik voel me thuis in de gevangenis… zolang ik ‘s avonds naar huis kan.”
Wat een mooie avond was dit, ondanks het zware onderwerp. We zijn heel blij dat we gevangenisaalmoezeniers aan het woord hebben gelaten en zo mee een stukje achter de schermen van die bijzondere wereld hebben mogen aanschouwen.
Crowne Plaza legde ons tiptop in de watten met heerlijke hapjes en drankjes en een uitgebreide rondleiding. Vergaderopties genoeg, en ook de kamers mogen er absoluut zijn. En oh ja, hadden we al verteld dat ze er een zwembad hebben om ‘u’ tegen te zeggen?